Wees wijs met water

• Controleer of de grond wel echt droog is. Vaak is alleen de bovenlaag droog en voelt de grond eronder nog vochtig. Als dit het geval is, kunt u het gieten of sproeien nog even uitstellen.
•  Water geven of sproeien doet u het best ’s ochtends vroeg of in de avond. Overdag, in de volle zon, verdampt het water snel en kunnen plantenbladeren verbranden.
•  Zet de zwenksproeier eens in de week een uur of langer aan in plaats van iedere dag een kwartiertje. Dan dringt het water dieper in de grond door en worden de planten min of meer gedwongen langere, diepere wortels te ontwikkelen. Hetzelfde geldt voor water geven met tuinslang of gieter: liever om de paar dagen een flinke hoeveelheid dan iedere dag een beetje.
• Maak rond bomen, struiken en groenten die u net geplant heeft een dijkje van grond. Vul de cirkel tussen de stam of plant en het dijkje met water, zodat het langzaam naar de wortels doorsijpelt in plaats van alle kanten op te stromen.
• Bedek kale grond tussen planten en onder struiken en hagen met een mulchlaag van cacaodoppen, grasmaaisel of houtsnippers, zodat de grond het water langer vasthoudt. Of plant bodembedekkers.
• Zorg voor voldoende onbetegelde plekken in de tuin. Een gesloten bestrating of terras laat geen water door. Kies liever waterdoorlatende materialen, zoals split, dolomiet, grind, houtsnippers of gras.
• Plaats schaaltjes onder potten en bakken.
• Plaats een regenton en laat gieters of emmers buiten staan om regenwater op te vangen.
• Leg een vijver aan of zet een decoratieve minivijver (een waterdichte bak, kuip of schaal met enkele waterplanten erin) op het terras of balkon.
• Vergeet niet de (mini-)vijver en de vogeldrink- en badderschaal regelmatig bij te vullen. Ook egels, kikkers, waterjuffers en libellen zullen u dankbaar zijn.

In ons tuincentrum in Rijssen vindt u de nieuwste sproeiers, tuinslangen met haspels en automatische watersystemen, evenals regentonnen, waterschaaltjes en minivijvers.