Groenten voorzaaien

In de vensterbank: zaai alfalfa, paprika, peper, prei, radijzen, sla, tuinkers en wortelen in bakjes of potjes.

In de kas: zaai erwten en tuinbonen in potjes en plaats deze in de kas. Na ruim een maand kun je ze buiten uitplanten, mits het niet vriest. Vanaf maart kun je de peulvruchten rechtstreeks in de volle grond zaaien.

In de koude bak of onder een plastic tunnel: rucola, raapstelen, spinazie, (veld)sla, radijzen en wortelen, maar ook erwten, tuinbonen en kapucijners kun je in de volle grond van de koude bak (met transparant glazen of kunststof deksel) of onder de plastic tunnel zaaien. Zet het deksel van de koude bak open als de zon schijnt, voor ventilatie en om te voorkomen dat de blaadjes van je zaailingen verbranden.

Eenjarigen voorzaaien

In de vensterbank of kas: Afrikaantjes, Coreopsis, Ipomea, leeuwenbek (Anthirrinum), siertabak (Nicotiana), petunia en surfinia.

In de koude bak of onder een plastic tunnel: goudsbloem (Calendula) en pronkerwt (Lathyrus). In tegenstelling tot wat veel mensen denken zijn deze eenjarigen namelijk winterhard. Je kunt ze zelfs al in de herfst zaaien, voor een extra vroege bloei.

5 Zaaitips

• Gebruik schone bakjes en potjes, anders riskeer je schadelijke schimmelvorming.
• Gebruik speciale zaaigrond of maak zelf een mengsel van twee delen aarde en een deel zand.
• Zaai niet te diep. In de regel zaai je fijn zaad, zoals dat van sla, heel oppervlakkig. Grote zaden mogen iets dieper, maximaal drie keer zo diep als het zaad dik is.
• Vergeet niet meteen een label bij je zaailingen te zetten.
• Bewater in het begin met de plantenspuit, zodat je de zaden niet uit de potjes of regels in de aarde spoelt.